P05

De prinsen Cyril en Boris van Bulgarije waren getuige van de vlucht van hun vader koning Ferdinand in Sint-Job. (coll. Dirk Buytaert)

De eerste Belgische vliegtuigbouwer



Je zal je ongetwijfeld afvragen wie de schade opgelopen tijdens de verschillende ongevallen op de Antwerpse vliegweek herstelde. Deze klus werd geklaard door de werkhuizen van de gebroeders Bollekens in de Pelikaanstraat. Zij waren tot dan gespecialiseerd in bureaumeubelen en “blaffeturen” (Antwerps voor rolluiken). 

Baron de Caters nam met hen contact op naar aanleiding van zijn ongeval aan het begin van de vliegweek.

De broers Eugène, Isidore en Jozef Bollekens die de Caters kenden, werden tijdens de vliegweek van Antwerpen in 1909 aangezocht om het toestel van de baron te herstellen. Het was niet zomaar een herstelling, maar het maken van nieuwe vleugels, staart en romp. Het personeel werd gemobiliseerd en na vier dagen dag en nacht werken, kon de baron de vliegweek met een vlucht afsluiten. De broers hadden gezien dat een aantal verbeteringen kon worden aangebracht. Zij waren beter uitgerust voor houtbewerking dan de oorspronkelijke bouwers Farman en Aviatik. En zo kregen we in Antwerpen naast de door iedereen gekende Minerva autobouwer, ook een vliegtuigbouwer: “Jero”. Samen met de Caters werd een nieuw ontwerp uitgewerkt, dat onder de naam JERO (naar vader Jerome) zou verkocht worden.

Zij gebruikten voor het eerst zilverspar en triplex, materiaal dat nadien door alle vliegtuigbouwers ter wereld zou gebruikt worden.

Baron de Caters en Jules Tyck zouden met 4 JERO’s naar India trekken om daar de eerste vluchten uit te voeren. Nadat Aviator, bedrijf van de Caters, in financiële problemen kwam, nam Bollekens het samen met de vliegschool en het vliegveld van Sint-Job-in-‘t-Goor over. Zij zaten van dan af tot over hun oren in de luchtvaart. Op de vliegweek van 1911 behaalden de JERO’s de eerste prijzen. En zo kwamen zij in contact met de militairen die, onder druk van koning Albert I, een toestel van Belgische makelij moesten aanschaffen. Eén JERO werd omgebouwd tot watervliegtuig, maar kwam te laat op de vliegmeeting van Temse in 1912. Het toestel vestigde later dat jaar het wereldhoogterecord met 596 m.

Foto onderschriften (boven-links tot onder-rechts)

  • Vliegtuigbouw in het centrum van Antwerpen : het bedrijf had zijn werkplaatsen in de Pelikaanstraat. Op het hoogtepunt zouden er zo’n 250 arbeiders tewerkgesteld worden. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog zouden zij het leger volgen en in Calais instaan voor het onderhoud en herstel van de toestellen van het Belgisch leger. De werkhuizen in Antwerpen werden door de Duitsers vernield. (coll. Dirk Buytaert)
  • Zowel te Sint-Job als in Kiewit (Hasselt) gaven de gebroeders Bollekens vliegopleidingen. In Sint-Job werden ook regelmatig vliegshows gegeven. (coll. Stampe en Vertongen Museum)
  • De drie broers (vlnr) : Eugène, Joseph en Isidore Bollekens. (coll. Stampe en Vertongen Museum)
Share by:
Privacybeleid Cookiebeleid